De in 2021 ingezette daling van het aantal maatregelen heeft zich in 2023, na een aanvankelijke stabilisatie, doorgezet. Uit onderzoek is gebleken dat jeugdigen en gezinnen meer en langer in het voorveld geholpen worden en dat wij maatregelen sneller kunnen afsluiten. Een ontwikkeling die wij toejuichen.

Het aantal klachten laat al jaren een stabiel beeld zien. In ongeveer tweederde speelt scheidingsproblematiek een rol en in ongeveer 85% van de zaken is er sprake van een ouder op afstand.

In 2023 deden we 8 inspectiemeldingen waarbij we 4 keer samen met de betrokken ketenpartners onderzoek hebben gedaan. 1 keer heeft de Inspectie zelf onderzoek gedaan.

Het aantal gemelde cliënt- en agressie-incidenten laat de afgelopen jaren geen grote schommelingen zien.
We vinden het melden van incidenten van groot belang om te leren van situaties die niet goed zijn gegaan, om herhaling te voorkomen en de kwaliteit van de begeleiding aan de kinderen en gezinnen te verbeteren. Het registreren en evalueren van agressie-incidenten helpen om een compleet beeld te krijgen van de aard van de incidenten. Ook zien we beter waar verbeteringen mogelijk zijn. Voor medewerkers die een agressie-incident meemaken kan dit veel impact hebben. Zij worden opgevangen door het BOT (BedrijfsOpvangTeam).    

We vermelden hier het aantal tuchtklachten die tegen onze medewerkers is ingediend en waarbij we de medewerker hebben ondersteund. Van de 17 ingediende klachten zijn er 5 behandeld door de Commissie van Toezicht. Geen van deze klachten is gegrond verklaard. De rest is niet ontvankelijk verklaard door het voorportaalcollege of wachten nog op behandeling.  

In 2023 kende Jeugdbescherming west een verloop van 15,1% en voor alleen de uitvoerende functie van jeugdbeschermer was dat 19,8%. Onze periodieke exit-analyses geven het volgende beeld:

• In 2022 waren de voornaamste redenen van vertrek de ‘carrièrekans elders’ en ‘de hoge werkdruk’.

• Sinds 2023 wordt naast de carrièrekansen elders steeds meer ‘de negativiteit (als gevolg van het wantrouwen naar de overheid en daarmee de jeugdbescherming) en de stress van de problemen in de jeugdbescherming en jeugdreclassering’ als voornaamste reden van vertrek genoemd.  
‍
• Ook horen we steeds vaker het argument ‘salaris’ als reden van vertrek. Dat is niet verwonderlijk aangezien de cao voor de gemeenten (lokale teams) gunstiger is voor medewerkers dan onze eigen cao Jeugdzorg.  

• De werkdruk wordt in 2023 minder vaak (17%) opgegeven als reden voor vertrek in vergelijking met 2022. Positief is te noemen dat 4 op de 5 medewerkers niet uitsluit terug te keren naar onze organisatie en ook anderen positief zal adviseren om bij ons te komen te werken.